vrijdag 26 oktober 2012

Parkeren

Saint Germain en Laye, de grote stad in de buurt van mijn dorpje, heeft een parkeerprobleem. Fransen hebben wel een fiets, maar die gebruiken ze alleen in het weekend. Dit is dan wel een racefiets. En wanneer ze dat stalen ros bestijgen, doen ze dat alleen met lycra wielrenpakkie in neonkleuren voorzien van veel reclameteksten. Tot mijn verbazing laten ze zich niet weerhouden door het weer. Ik heb nog net geen winter meegemaakt tot nu toe, maar met hagel en stortregens zie je ze verbeten trappen op het asfalt. Ik sprak hierover mijn verbazing uit tegen manlief. Hij bleek totaal niet onder de indruk. Volgens hem is wielrennen hier het alternatief voor wat vissen in Nederland is. Als man kun je je dan even lekker asociaal een paar uur “in je grot” onttrekken aan het gezinsleven. Het vissen aan een plas en het fietsen over asfaltwegen is te gevaarlijk voor kinderen, dus moet papa dat echt alleen doen. Vanuit dat perspectief begrijp ik opeens heel goed waarom er hier zoveel wielrenners zijn en fietspaden die na 500 meter uitkomen op de snelweg.

Enfin, terug naar het parkeerprobleem. Een briljante geest heeft onder het Chateau (waar Louis XIV als kind ooit is toegeschreeuwd door het volk dat ze de kleine koning terug in Parijs wilden) een ondergrondse parkeergarage aangelegd. De eerste keer dat ik daar naar beneden werd gesleurd door de mevrouw die met ons op huizenjacht ging, wist ik niet wat mij overkwam. Ze reed razend snel het grijze grauwe gat in en cirkelde vervolgens vijf verdiepingen naar beneden. Ondertussen stonden in dat toch al nauwe pad nog mannetjes in neon met drilboren gaten in het wegdek te boren. Ik waande mij even in de steenkolenmijnen van Zuid-Limburg. De parkeerplaatsen waren inimini en geflankeerd door betonnen palen. Voor de neus van de auto was nog een klein vakje uit de muur gehouwen. Deze eerste indruk werkte niet echt als promotie voor het parkeren alhier.

Je kunt je voorstellen dat het even duurde voordat ik dacht: laat ik eens even naar de stad gaan. Maar je hebt soms van die dagen dat je uitermate goed in je vel steekt. Een van die momenten gebruikte ik om mijn parkeerfobie te overwinnen. Ik draaide met onze grote bak de garage in. Liet mij in slakkentempo naar beneden zakken en wist de auto zowaar strak tussen de betonpalen te parkeren.

Na een uurtje shoppen, klom ik weer in de auto. Ik signaleerde twee frommeltjes papier onder mijn achterruit. (Mijn man had dezelfde week ook al een papiertje onder zijn ruit gevonden, omdat een dame tegen zijn auto was aangereden en voor de schade wilde opdraaien.) Zodra de auto en ik ons weer heelhuids in de buitenlucht bevonden, stopte ik even om de auto te controleren op butsen of krassen en de briefjes te bekijken. Het onderste meldde een hele serie woorden die ik niet kon thuisbrengen en de zin: ‘Je denkt zeker dat je alleen bent?’. De eerste serie woorden waren onvindbaar in het woordenboek, ik vermoed dat dat niet alleen kwam door de beroerde spelling maar vooral door de strekking die bij navraag nogal ‘bargoens’ bleek. Het andere briefje verhaalde:‘10 uur 10. De mededeling hieronder komt niet van mij. Afzender: Le Golf.’

Inmiddels is het parkeren onder het Chateau geen belemmering meer voor mij om op pad te gaan. Omdat ik niet ‘denk dat ik alleen ben’ ben ik heel behendig geworden in het ‘strak’ parkeren van de auto. En verlaat ik keurig via de achterbak mijn auto.

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten