zondag 6 januari 2013

De aanloop tot Noël



Het is grauw en nat. Maar gelukkig breekt de kerst aan en probeert men de somberte te verdrijven met kerstverlichting. Ik had verwacht dat Frankrijk vol zou staan met de klassieke kerstkleuren rood en goud, maar nee, het zijn blauw en wit. Op menig rotonde staan opeens wit gespoten kale boompjes met blauwe ledlampjes. Knipperen is en vogue.

De eerste tekenen dat de kerst in aantocht is, zijn de vele kerstmarkten. Er is er ook een in ons dorpje. Très sympa. Het bestaat uit wat kraampjes met artikelen die je niet wilt kopen, delicatessen en een tijdelijk cafeetje dat wordt gerund door de kinderen uit het dorp. Ze zamelen zo geld in voor het goede doel. Als we nog een beetje uitbuiken na de taart en de koffie trakteert het muziekschoolorkestje dat bestaat uit 3 dwarsfluiten, 2 violen, een slagwerker en twee plastieken cello’s ons op Franse kerstliedjes. Tijdens de toegift neemt Père Noël en plaats in zijn houten skihut. We worden beschaafd onder de voet gelopen door kinderen die hem graag hun wensen willen kenbaar maken. Wij hoeven niks van hem, dus tijd voor de aftocht.

Ook het bos doet aan kerst. Ik rij met onze drie kibbelende kinderen over de rotonde en zie in mijn rechter ooghoek een witte tent met feestverlichting opgebouwd. De tent is te klein voor een schaatsbaantje. Er staat een bord naast en in een flits lees ik: de Noormannen zijn gearriveerd uit Denemarken. Heel spannend, lijkt mij. Maar wanneer ik terug rij nadat ik mijn vrolijke vrachtje heb afgeleverd op school, zie ik dat er ‘Nordman’ staat. De meest populaire kerstboom ooit.

Tijdens de Franse les worden we duidelijk geïnstrueerd over alle mensen die nu bij ons langs de deur komen. Niet zoals in Nederland de krantenjongens maar de vuilnismannen, de postbode en de brandweer. Je moet wel even vragen naar hun identiteitsbewijs en kijken of de kalender die ze je geven wel echt is. Ook de tv geeft je nog een college over hoe de echte brandweer, vuilnisman en postbode te herkennen. Onze eigen vuilnismannen  stoppen half november een blaadje door de brievenbus met hun foto’s erop. We hangen het bij de deur om ze te herkennen, want ze hebben wel wat extra’s verdiend na onze verhuizing en de vele kartonnen dozen die ze zonder mopperen hebben verwijderd.

Er komen een boel kalenders langs de deur. Onze wc hangt nu vol met kalenders van de padvinders van de Notre Dame, van de vuilnismannen en van de Chinees. Ik heb met mijn ´sorry, ik spreek geen Frans´ wel  de kalenders van  zielige hondjes, sneue senioren en andere noodlijdenden kunnen afhouden.

Parijs is in de kerstperiode natuurlijk een plaatje. We beginnen met de lichtjes op de Champs Elysées en de etalages van de grote warenhuizen. De kerstmarkt is heel gezellig en feeëriek. Veel eten en snuisterijen. De kinderen lukt het niet iets leuks uit te zoeken voor de kerstboom. Als alternatief maken ze een ritje in de draaimolen en eten een grote roze suikerspin.

De bedelende Roma-vrouwen hebben een nog nederiger positie aangenomen en liggen plat op de grond met een kartonnen koffiebeker voor zich. Je moet goed oppassen in de schemer niet over ze te struikelen. Begint het te miezeren, dan pakken ze een stukje karton en spreiden zich daar weer over uit. Wanneer het echt regent, komt er  zo´n praktisch opvouwbaar geel regencapeje te voorschijn. Door de wind hoor je nu in ieder geval waar ze er liggen. De bruine helft van de tweeling heeft ze ook in zich opgenomen. Hij filosofeert aan mijn arm dat hij graag wat wil doneren in het bakje van de man zonder armen en benen. Maar de dames mèt armen en benen hadden toch wel iets anders kunnen verzinnen om geld te verdienen, vond hij. Altijd lastig om hierop te antwoorden.

De laatst twee weken voor de kerst hou ik mijn agenda strak bij want er moet een hoop.  Elke activiteit, club of klas waar we iets mee hebben organiseert wel iets.  Van een kerstknutsel, -koffie, - borrel, -goûter, -pakjesmoment tot een boum (disco).

Natuurlijk lopen de supermarkten en de delicatessenwinkels ook over van goddelijk eten. Foie gras is populair. Bij de Patissiers verschijnen opeens monstrueuze balkjes. Wanneer ik in de keurige rij wacht op mijn beurt heb ik even de tijd om de decoratie erop te analyseren. Ik zie  kitsche beertjes in kerstmannenpak en dennenbomen, maar de rest begrijp ik niet. Dankzij de kerstkruiswoordpuzzel van mijn Franse juf ontdek ik dat het hier gaat om een boomstam. Zo’n opgerolde platte cake met crème vulling uit de jaren 50. 



Hier hebben ze de boomstam ´la bûche de Noël’ in hun hart gesloten en neemt hij nog jaarlijks deel aan de kerst. Ik herken hierna ook eindelijk de decoraties: zagen en bijlen. Mijn juf meldde dat dat was omdat de boomstam staat voor de warmte van het haardvuur. Warmte waarvan je hoopt dat iedereen het met de kerst mag ontvangen.  Of het waar is, weet ik niet, maar ik heb ´la bûche´ sindsdien volledig omarmd. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten